Door Cato
Bestuurders van een organisatie zeggen vaak dat ze het van belang vinden om te weten hoe het er op de werkvloer aan toe gaat. Ik denk dat het andersom ook belangrijk is om als ‘werkpaard’ te weten wat bestuurders denken en hoe zij spreken over dat waar jij dagelijks mee bezig bent. Voor die gelegenheid ging een kleine afvaardiging van de Leidse psychiater naar een algemeen overleg van de Tweede kamer (vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport) met als onderwerp de GGZ.
Een indruk van het overleg
Toegegeven, ik heb het niet de volledige 4 uur van het overleg volgehouden, maar de drie kwartier die ik aanwezig was, heb ik wel een indruk gekregen van hoe een dergelijk overleg in zijn werk gaat. De nieuwe staatsecretaris van Volkgezondheid dhr. Blokhuis is voornamelijk aan het woord. Af en toe geeft de voorzitter het woord aan één van de Kamerleden die dan een vraag stelt. Inhoudelijke antwoorden blijven veelal uit, maar ach dat is politiek toch?
Staatssecretaris Blokhuis. Bron foto: Rijksoverheid.nl
Wel verbaas ik me over de hoeveelheid aan onderwerpen die in een wirwar passeren in deze 45 minuten.
Een kleine greep hieruit; wachttijden voor behandeling, opvang, vervoer en ontwikkeling van een model voor triagering van verwarde personen, ambulantisering van de GGZ, de nieuwe wet Verplichte Geestelijke Gezondheidszorg, werk en administratiedruk, kwaliteitsmetingen en tot mijn grote verbazing ook het gebruik van tasers. Ik vraag me af of het in dit laatste geval om een verward Kamerlid ging, ik heb nog nooit een taser zien gebruiken in de GGZ.
De grote hoeveelheid van ingewikkelde onderwerpen wordt vooral procedureel en formeel benaderd. Er wordt inhoudelijk niet op ingegaan, behoudens een karrevracht aan rapporten die voorbijkomt: er wordt met enige regelmaat door de staatssecretaris gerefereerd naar onderzoeksrapporten, net verschenen tussentijdse rapporten of aanstaande metingen en evaluaties. Dit alles met als doel te monitoren waar de schoen wringt en voorstellen of verbeterplannen te lanceren.
Het hoogtepunt van deze impressionistische bijeenkomst gaat over ‘ontschotten’.
Omdat dit nog niet zo goed gaat, wordt er nu een gestuurd op ‘omschotten’ in de GGZ: hoe kan je goed omgaan met het feit dat er zoveel verschillende instanties zijn? Als ze daar nou even een beleidsstuk van schrijven van een beknopte 100 pagina’s, dan kunnen wij dat als professionals lezen. En ons gesteund voelen. Denk ik…
Ik weet eigenlijk niet wat ik denk. Mijn hoofd duizelt van wat ik heb gehoord.
Bron foto: tweedekamer.nl
Heb ik zitten luisteren naar mensen die praten over mijn werk?
Ik wil eigenlijk alleen maar gillend terug naar mijn patiënten om over hun problemen te praten. De bestuurlijke wereld is abstract en ver van de werkvloer. Dat wist ik, maar nu heb ik het ook met eigen ogen gezien.
Politiek bedrijven is natuurlijk iets anders dan psychiater zijn. Maar de politiek bepaald wel grotendeels hoe wij tegenwoordig ons vak moeten uitvoeren. En er zijn nog een hoop zaken te verbeteren in de GGZ. Maar ik vrees dat we niet op de oplossing vanuit de politiek moeten wachten, gezien de vele lagen bestuur (van zowel de overheid als de instanties) waar al die rapporten nog langs moeten.
Wel put ik hoop uit de initiatieven die vanuit de GGZ zelf opkomen om kritisch naar de huidige organisatie van de GGZ te kijken. Maar ook daar weer vele ideeën en pilots en moet ik eerst zien te begrijpen wie wat nou eigenlijk zegt. Ik kom erop terug… Nu eerst maar weer heel concreet in gesprek met mijn depressieve patiënt.
Hier enkele voorbeelden van alternatieven en acties vanuit de GGZ zelf:
http://www.redesigningpsychiatry.org/
https://nieuwmodelggzfz.nza.nl/
Helemaal eerlijk is deze observatie natuurlijk niet. De GGZ is een ingewikkeld dossier, dat beseffen de meeste politici ook wel en 45 minuten bijwonen van een overleg dat 4 uur duurt geeft niet echt een volledig beeld van wat de politiek doet. Terwijll je daar wel je oordeel op baseert.
Laten we het omdraaien: een politicus wil wat meer van de GGZ weten, loopt bij jou binnen terwijl je in gesprek bent met een zeer problematische patiënt (misbruik in de jeugd, slecht huwelijk, geen werk, enzovoorts).
Na vijf minuten loopt hij weg en zegt: “Ze hadden het eigenlijk alleen maar over medicijnen.” Dan voel je je toch niet serieus genomen?
Laten we ophouden met het bashen van de politiek, de verzekeraars en de managers. Veel problemen hebben we zelf veroorzaakt, als GGZ.
Proberen de andere kant te snappen zou echt heel zinnig zijn (al betekent dat misschien dat we soms wat kritischer op ons zelf moeten zijn).
En nee, ik ben geen politicus, maar een zeer betrokken hulpverlener.