De rol van de consultatief psychiater bij transplantatie-patiënten

Blog 0 comments

-Door Fleur van Velthoven, co-assistent Leiden-

Tijdens mijn semi-artsstage bij de consultatieve dienst van de psychiatrie in het LUMC kwam ik in aanraking met de levertransplantatie-poli. Bij de psychiatrie denk je niet direct aan transplantatiepatiënten, maar bij beslissingen rond het levenseinde of bij patiënten met chronische ziekten is er vaak samenwerking tussen verschillende medische disciplines. Patiënten met een psychiatrische ziekte die een lever- of andere orgaantransplantatie moeten ondergaan, krijgen voorafgaand een psychiatrische beoordeling in het kader van het transplantatie screeningstraject. Tijdens dit traject screent de psychiater de patiënt op psychosociale- en psychiatrische factoren die van invloed zouden kunnen zijn op het transplantatieproces. Tijdens de screening ligt de nadruk op ziektebeleving, coping, middelenmisbruik en persoonlijkheidskenmerken en -stoornissen. Bij zulke medische complexe zaken vervult de psychiater een adviserende rol aan de collega-specialist.

Psychische stressoren

De impact van het ondergaan van een transplantatie is ingrijpend, waarbij een patiënt een uitgebreid voor- en levenslang traject doorloopt. In het hele proces zijn meerdere psychische stressoren aanwezig, die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Ten eerste wordt een patiënt gediagnosticeerd met een levensbedreigende ziekte, waarna een tijd van onzekerheid aanbreekt. Een patiënt komt vervolgens op een wachtlijst voor een geschikt donororgaan. Vervolgens volgt er een operatie met de nodige risico’s op complicaties. Daarna volgt er een periode van herstel en een nieuwe leefwijze, waaronder gebruik van levenslange immunosuppressiva en een speciaal dieet. Therapietrouw en abstinentie zijn noodzakelijk om het transplantatie proces te laten slagen, waarbij de psychiatrische screening vooraf een belangrijke rol speelt.

Kwaliteit van leven

Er is onderzoek gedaan naar het psychisch welbevinden bij patiënten voor en na een levertransplantatie. Hierbij werden patiënten met psychiatrische symptomen (depressieve en/of angst symptomen) vergeleken met patiënten zonder psychiatrische symptomen. Uit dit onderzoek bleek dat een levertransplantatie gezondheidswinst bij alle patiënten opleverde. Echter, drie maanden na de levertransplantatie verbeterde het functioneren van het psychisch welbevinden bij patiënten met aanvankelijk symptomen van een depressieve- of angststoornis niet. Twee jaar na de transplantatie rapporteerden patiënten met psychiatrische symptomen zelfs op alle domeinen een lagere kwaliteit van leven en een lagere therapietrouw dan patiënten zonder psychiatrische symptomen (Annema, 2018).

Concluderend, psychiatrische patiënten die in aanmerking komen voor een levertransplantatie zijn kwetsbaar en zouden daarvoor ook tijdens het post-transplantatie traject vervolgd moeten worden op het psychisch welbevinden. Door psychologische interventies toe te passen en deze doelgroep te blijven monitoren, kan de patiënt laagdrempelig de zorg krijgen die hij of zij nodig heeft.

Referentie: Annema C, Drent G, Roodbol PF, Stewart RE, Metselaar HJ, van Hoek B, Porte RJ, Ranchor AV. Trajectories of Anxiety and Depression After Liver Transplantation as Related to Outcomes During 2-Year Follow-Up: A Prospective Cohort Study. Psychosom Med. 2018 Feb/Mar;80(2):174-183.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.